Waarom zijn we liefdadig?

bron: Pixabay.com

Waarom zijn we liefdadig?

Oermensen zorgden voor elkaars kinderen en creëerden zo altruïsme.

Liefdadigheid hoort bij ons. We ervaren minder stress en zijn gezonder als we een ander helpen. Maar de sleutel tot altruïsme blijkt bij kinderen te liggen. En de wijze waarop onze voorouders besloten hen op te voeden.

Wij mensen vergeten het nog wel eens. Klimaatverandering, oorlogen, geen respect voor de natuur: we vinden onszelf niet bepaald lief. Maar mensen doen ontzettend veel lieve daden. Wij zijn liefdadiger dan we zelf denken en we vinden het ook nog eens vanzelfsprekend. We doneren, collecteren, bieden een luisterend oor of brengen soep naar een zieke buurvrouw. Sommige mensen besteden zelfs hun leven aan mantelzorg voor een naaste of kiezen voor een beroep in dienst van de mensheid.

Altruïsme is typisch menselijk

Altruïsme is een menselijk kenmerk en reikt verder dan eigen soortgenoten. Je hoeft niet eens een zoogdier te zijn om op de hulp van mensen te mogen rekenen. De betrokkenheid kan ieder levend wezen gelden of een heel ecosysteem. Ook idealen en abstracte begrippen zoals een politieke partij of een museum kunnen ons altruïsme aantrekken. Zo ging uit liefdadigheid, menig erfenis al aan de neuzen van families voorbij.

We doen vrijwilligerswerk, collecteren, doneren en verzorgen. En worden er nog blij van ook. Maar waarom eigenlijk?
bron: Pexels: Rodnae Productions
We doen vrijwilligerswerk, collecteren, doneren en verzorgen. En worden er nog blij van ook. Maar waarom eigenlijk?

Het meest voor de hand liggende antwoord waarom de mens zo graag wil helpen is uiteraard dat we ons dan goed voelen. En neurologisch onderzoek heeft nu ook aangetoond hoe dat gevoel ontstaat. Psychologen aan de universiteit van Pittsburgh bekeken welke verschillende soorten hulp effect hebben op het brein. Daarvoor maakten ze onderscheid tussen hulp aan jezelf, hulp aan anderen in het algemeen en tenslotte doelgerichte hulp, zoals aan een bekende of bij een ramp.

Een ander helpen kalmeert ons brein

Aangesloten op de fMRI, die hun hersenactiviteit scande, konden testpersonen in verschillende experimenten kiezen om aan zichzelf te doneren, aan een anonieme hulpinstantie of aan een specifiek doel of persoon. Ook werd hen een vragenlijst voorgelegd over deze 3 opties. De fMRI toonde aan dat alleen hulp die een specifiek doel had, iets bijzonders deed met de amygdala. Dat is het gedeelte van het brein, dat ook wel fungeert als alarmsysteem. Stress, angst en bedreiging worden dan ook sterk geassocieerd met de amygdala. En laat nu juist die amygdala een verlaagde activiteit vertonen als we denken aan doelgerichte hulp. Als we ons bezig houden met onszelf of met algemene hulp, dan blijft de amygdala een stuk waakzamer. Met andere woorden, we ervaren minder negatieve emoties als we gericht ons best doen een ander te helpen. We sussen, als het ware, ons alarmsysteem.

Onze hersenen belonen ons dus als we goede daden verrichten. Hoe lapt ons brein ‘m dat? Ook dat is onderzocht en wel aan de universiteit van Birmingham, door neurowetenschapper Patricia Lockwood en haar team. Zij pakten de fMRI, de vragenlijsten en de experimenten er weer bij: waar precies zit onze hulpbereidheid en is die te stimuleren?

Uit hersenscans bleek dat helpen en liefdadigheid iets is, dat we moeten leren. Er bleek ook uit dat lieve dingen doen, ons brein kalmeert.
bron: Pexels: Mart Production
Uit hersenscans bleek dat helpen en liefdadigheid iets is, dat we moeten leren. Er bleek ook uit dat lieve dingen doen, ons brein kalmeert.

Dat is zeker het geval. Het is zelfs het hele eieren-eten van liefdadigheid. Het gedeelte dat namelijk actief is tijdens altruïstische daden is de ACCg, ofwel Anterior Cingulate Cortex gyrus. Die ACCg zit in het achterhoofd en is volgens Lockwood hét ultieme leersysteem in sociaal gedrag. “Dit gedeelte is waar we coöperatief en vriendelijk gedrag leren. Hier vindt ons sociale verkeer plaats. Het maakt dus niet alleen keuzes, hier léren we keuzes te maken. Net zoals rekenen en schrijven. Liefdadigheid gaat verder dan sociaal gedrag. Het is actief sociaal gedrag. Het vergt onze moeite voor een ander, terwijl we zelf niets aan die moeite hebben. Denk aan het openhouden van een deur voor degene die na je komt. Hoe kleiner de moeite, hoe minder je erbij nadenkt. Maar we zijn ook bereid tot zeer grote inspanningen.”

Liefdadigheid moeten we leren

Liefdadigheid begint met inlevingsvermogen, dat ook in de ACCg zetelt. Testpersonen kregen een aantal menselijke problemen voorgelegd en werden gevraagd te beoordelen hoe hypothetische personen in deze situaties zich zouden voelen.

De deelnemers die meer empathie toonden in hun antwoorden, bleken tijdens een experiment waarin ze moeite moesten doen voor een ander, ook hoger te scoren. Er werd deelnemers gevraagd gedurende een bepaalde tijd druk uit te oefenen op een knijpbal, waardoor er een beloning voor een ander vrijgespeeld zou worden. Dat balletje werd harder en langer ingedrukt door de empathische mensen. Ook vertoonde deze groep een hogere activiteit in de ACCG.

Meeleven met een ander en je bewust zijn van diens behoefte aan hulp, is de eerste stap naar liefdadigheid.
bron: Pixabay.com
Meeleven met een ander en je bewust zijn van diens behoefte aan hulp, is de eerste stap naar liefdadigheid.

“Je bewust zijn van de pijn van een ander is dus de eerste stap in het begrijpen dat deze pijn verholpen moet worden”, concludeert Lockwood. “Van hieruit maakt je brein de sprong dat jij het bent, die moeite daarvoor moet doen, ook al ervaar je zelf geen pijn. Inleven, begrijpen, moeite doen en tenslotte: beloond worden. Dat is de route die liefdadigheid aflegt in onze hersenen.“

Kinderen maken ons verantwoordelijker

Als maatschappij leren we elkaar liefdadigheid aan. En het liefst al bij jonge kinderen, zo blijkt uit een serie praktijkonderzoeken van psychologen aan de universiteiten van Bath en Cardiff. Deelnemers van alle leeftijden, sekse, sociale status of etnische achtergrond werden in twee groepen verdeeld, voordat hen gevraagd werd een fictieve donatie te doen aan een goed doel.

Als maatschappij leren we onze kinderen al jong ook aan een ander te denken en te delen.
bron: Pixabay.com
Als maatschappij leren we onze kinderen al jong ook aan een ander te denken en te delen.

De ene helft kreeg de opdracht een kind in gedachten te nemen en dit te beschrijven. Ook moesten zij aangeven hoezeer gesteld zij waren op kinderen in het algemeen. De mensen die vóór de donatie aan kinderen dachten, doneerden vaker en meer, dan de groep mensen die deze opdracht niet hadden gekregen. Opvallend daarbij was dat het goede doel helemaal niets met kinderen te maken had. Onderzoeksleider Lukas Wolf was sterk verrast door de resultaten. “Als de donatie nu nog een kinderafdeling in een ziekenhuis betrof, dan was de vrijgevigheid nogal logisch. Of als het voornamelijk ouders betrof, die guller waren. Dat was echter niet het geval. Alle mensen, ongeacht hun leeftijd of afkomst waren bereid dieper in de buidel te tasten als ze vlak daarvoor aan kinderen dachten. Zelfs mensen met een uitgesproken hekel aan kinderen.”

Gedachte aan kind, maakt ons lief(dadiger)

Om de bevindingen in de praktijk te toetsen, besloten de wetenschappers te collecteren in de drukste winkelstraten van de stad. Iedere donatie werd bijgehouden met een klikker en werd afgezet in tijd en in de hoogte van het bedrag. Gedurende de helft van dit onderzoek betrok Wolf de aanwezigheid van schoolkinderen in de leeftijd van 4 tot 11  jaar bij de donaties. Hij liet hen op een aantal meter afstand spelen, erbij komen staan of langs lopen. Als mensen zagen dat er kinderen in de buurt waren, ging de klikker een stuk sneller en werden er hogere bedragen gedoneerd. Waren er geen kinderen in de buurt, dan doneerden mensen nog maar 50% zo vaak en werden de donaties ook lager. Wederom was er sprake van een goed doel dat niet aan kinderen gerelateerd was en kwamen de hogere donaties uit alle lagen van de samenleving.

Alleen al de gedachte aan kinderen - zelfs als we een hekel aan hen hebben - doet ons meer geven aan liefdadigheid. En het maakt geen bal uit of het doel met kinderen te maken heeft.
bron: Pixabay.com
Alleen al de gedachte aan kinderen - zelfs als we een hekel aan hen hebben - doet ons meer geven aan liefdadigheid. En het maakt geen bal uit of het doel met kinderen te maken heeft.

Wolf geeft verschillende verklaringen voor onze neiging meer te helpen als we herinnerd worden aan kinderen. “Sociaal gezien willen we het goede voorbeeld geven en kinderen leren een goed mens te zijn. Bovendien weten we van kinderen dat zij minder zelfredzaam zijn. Het redden van de samenleving is dus aan ons, niet aan hen. Maar je kunt ook de vraag stellen of dit neurologisch niet gewoon bepaald is in ons brein. Als 2000 testpersonen, zonder zichtbare correlatie, dezelfde resultaten geven, dan lijkt er meer aan de hand dan slechts een zeer sterke maatschappelijke consensus.”

Er is zeker meer aan de hand en het neurologisch onderzoek van Birmingham bevestigt dit. Het was namelijk niet alleen een duttende amygdala, die de onderzoekers aantroffen bij liefdadige personen. Er speelde meer mee. Bij deelnemers die doelgerichte hulp verleenden, waren vooral de ventrale striatum (VS) en de area septalis (septum) actief. Het septum ligt tussen onze beide hersenhelften en de VS ligt onder onze hersenschors. De VS en het septum vormen een bijzonder stukje van ons brein, waar onze ouderlijke gevoelens en vaardigheden huizen, zoals het voeren, verzorgen en beschermen van ons nageslacht.

Gedeeld oer-ouderschap als eerste liefdadigheid

Een goed functionerend septum en VS is dus van groot belang in de opvoeding. Maar dat verklaart nog niet waarom ook kinderloze mensen zich verantwoordelijk voelen en een actieve VS/septum vertonen in hun liefdadigheid. Dat lijkt een beetje overbodig. Wetenschappers menen echter dat de zorgtaken in onze hersenen zich niet beperken tot het eigen kind of zelfs alleen maar kinderen. Als moderne mensen neigen we te denken dat kinderen worden opgevoed door twee of zelfs één enkele ouder. En we dichten alleen deze ouder(s) de ouderlijke vaardigheden toe.

Tegenwoordig denken we bij opvoeders vooral aan vader en moeder. Maar in werkelijkheid doen mensen aan collectieve opvoeding en werkt een hele samenleving mee.
bron: Pexels: Monstera
Tegenwoordig denken we bij opvoeders vooral aan vader en moeder. Maar in werkelijkheid doen mensen aan collectieve opvoeding en werkt een hele samenleving mee.

Maar biologen, sociologen en antropologen zien veel meer opvoeders. Ook andere familieleden als grootouders, oudere broers of zusjes en tantes dragen bij. En dan hebben we het nog niet over vrienden, de kinderdagopvang en scholen. Wetenschappers concluderen dat de zorg voor kinderen in de praktijk een maatschappelijke taak is in plaats van een individuele taak. Zij noemen dit de collectieve opvoeding en het vormt de bakermat voor onze liefdadigheid.

Collectieve opvoeding leidde tot liefdadige moderne mens

De collectieve opvoeding kwam zeker van pas voor onze voorouders, die in kleine groepen leefden. Als alle stamleden in de verantwoording voor kinderen deelden, verhoogden de overlevingskansen en verminderde de werkdruk van ouders. Deze kregen daarmee tijd en ruimte om naast het ouderschap ook overige taken voor de groep te verrichten. De hele stam was gebaat bij deze vroege uiting van altruïsme.

Oermensen besloten dat het beter was voor de hele stam op elkaar te helpen met opvoeden. Andermans kind opvoeden was daarmee het begin van liefdadigheid.
bron: Pixabay.com
Oermensen besloten dat het beter was voor de hele stam op elkaar te helpen met opvoeden. Andermans kind opvoeden was daarmee het begin van liefdadigheid.

De berenvellen en grotten zijn misschien verleden tijd, maar onze verantwoording tegenover anderen, diep gezeteld in ons collectief ouderschap, is gebleven. En slechts de gedachte aan een kind is al voldoende om de knip te trekken of aan de slag te gaan. Als de goede oermoeders en -vaders, die we voor de samenleving nog steeds willen zijn.

Gepubliceerd op 28 april 2023

Bron: Universiteit Pittsburgh, USA - Universiteit Birmingham, dr. P. Lockwood, Groot- Brittannië - Universiteit Bath & Cardiff, Groot- Brittannië.

  • oermens
  • doneren
  • collecteren
  • maatschappij
  • mens
  • goed mens zijn
  • amygdala
  • lief
  • liefdadigheid
  • helpen
  • kinderen
  • neurologisch onderzoek
  • fMRI
  • wetenschap
lees ook